We waren op pad voor de lunch en ineens in een zomerse bui. Het soort weer waarbij je twijfelt tussen een jas en gewoon heel hard doorlopen. Dus besloten we iets te zoeken waar je droog kunt zitten én fatsoenlijk kunt lunchen.
Dat bleek nog best een uitdaging. Of nou ja, dat dachten we. Tot we op de Nieuwe Rijn liepen, voorbij Vooraf en Toe, en net voor het bruggetje ons oog viel op een uitnodigend stoepbord. Pannenkoeken. En zoals dat gaat met een goed stoepbord: we keken naar elkaar, knikten en sloegen rechtsaf.

Daar dook Snijers op. Geen plek waar we nog nooit zijn geweest, maar ook geen zaak die meteen bovenaan ons lijstje stond. Waarom eigenlijk niet? Binnen zag het er gezellig uit, buiten was er een terras én een boot aan de gracht, en de bediening zwaaide ons al tegemoet.
We gingen voor binnen, uit de regen maar met uitzicht op het water. De kaart bleek allesbehalve standaard. Natuurlijk zijn er pannenkoeken en poffertjes, maar ook broodjes die niet onderdoen voor menig brasserie, uitsmijters die je zelf samenstelt en salades voor de zonniger gestemden. Wij kozen een uitsmijter met spek en oude kaas en een broodje carpaccio met Parmezaan, pijnboompitten en truffelmayonaise. Comfort food, maar met aandacht.

De thee kwam met koekje, het uitzicht met mensen die zich haastten, toeristen met natte plattegronden en iemand die zijn paraplu verloor aan de wind. Binnen was het warm, het eten goed en de sfeer gemoedelijk.
Snijers is zo’n plek waar je misschien al honderd keer langs bent gelopen zonder te stoppen. Wij ook. Maar sinds deze lunch weten we beter. En lopen we dus niet meer door.
Zeker niet in de regen.
